Geen stenen voor brood

Overdenking door Arnoud, een van de oudsten van Eglesia 

“Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om brood vraagt, een steen geven. Of als het om vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven!”

Daar zitten we dan, van de dertig aanwezigen zijn er maar drie die geen verschijnselen van lepra hebben. Verminkte handen en voeten zijn het meest zichtbaar. 
We zingen ‘Dit is de dag’ en ‘Zoekt eerst het Koninkrijk van God’ en diverse Nepalese aanbiddingsliederen. Het licht valt uit en in het pikke donker zingen we allemaal onverstoord door. Blije mensen, glinsterende oogjes, vrolijk handengeklap.

Nadat het licht weer aangesprongen is spreekt de voorganger uit Lukas 11:5-13: ‘De hemelse Vader geeft geen stenen voor brood’. Hoe makkelijk neem je dat aan als je rijk en gezond bent? Maar wat als je verminkt bent, uitgestoten uit je familie en zonder eten en drinken?

Met zijn dertigen verlangen we naar Gods Heilige Geest en zoeken Zijn aangezicht.
‘Hoeveel te meer zal de Vader in de Hemel dan niet de Heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen!’

Arnoud de Jong