Overdenking
Roep tot Mij, en Ik zal u antwoorden, Ik zal u grote en onbegrijpelijke dingen bekendmaken, die u niet weet.
Wat een mooie tekst is dit. Om een paar redenen.
Om te beginnen met het laatste: er zijn dingen die we niet weten. Gelukkig maar. We zouden doordraaien als we alles zouden weten. We kunnen en hoeven niet alles te weten. Dat geeft ontspanning.
Een jaar geleden wisten we dat er een nieuw gebouw zou zijn, en een nieuwe voorganger. Maar hoe het zou gaan? Inmiddels hebben gemeente, gebouw en voorganger een jaar lang aan elkaar kunnen wennen.
Wat mij betreft: een jaar geleden was dit best spannend. Hoe zou het gaan? Nu weet ik wat ik weet. Ik vind steeds meer mijn weg, ik voel me thuis in de gemeente en voel me er steeds meer onderdeel van. Ik ben dankbaar dat God ons bij elkaar heeft gebracht.
De tekst in Jeremia geeft ontspanning, maar ook verwachting: ‘Ik zal u grote en onbegrijpelijke dingen bekendmaken’.
Grote dingen: in onze ogen onhaalbaar, onbereikbaar. In eigen kracht breekt ons veel bij de handen af, en zijn we huiverig om te denken aan grote dingen. Maar in Gods ogen zijn alle dingen mogelijk. Hoe sterk is dat benoemd in de adventpreken over Abraham en Sara en Zacharias en Elisabeth. We mogen ons uitstrekken naar de woorden van Jezus. We zullen grote(re) dingen doen in de kracht van de Heilige Geest. We mogen voorbijzien aan onszelf, op Hem.
Onbegrijpelijke dingen: hoe moeten we bepaalde zaken aanpakken? Ik denk aan discipelschap. Het introduceren van het begrip, als focus voor de komende jaren, riep tijdens de gemeenteavond van november gemengde reacties op. Bij mezelf gaf dit bepaalde spanning, en vragen. Waardoor kwam dit? Wat is de kern en de betekenis van discipelschap? Hoe kan dit duidelijker worden neergezet? Hoe kunnen we hier als gemeente mee aan de slag, tot opbouw van de gemeente en van ieder persoonlijk?
Een tekst als deze geeft daarin ontspanning en verwachting. God zal het duidelijk maken, en ons de eensgezindheid geven die nodig is in de keuzes die we maken.
Als we Hem aanroepen! Daar begint de tekst mee. Daar begint het altijd mee. Straks, als het 12 uur is, op 31 december, wensen we elkaar een gezegend nieuwjaar. We weten dat alles bij God begint. Wij kunnen plannen maken en dingen bedenken, maar als God het niet zegent zal het weinig uithalen. Als de Heer het huis niet bouwt, tevergeefs zwoegen de bouwlieden daaraan (Ps. 127:1).
Daarom: laat het ons beste voornemen zijn om de Heer aan te roepen, om dingen te doen die in onze ogen te groot en te moeilijk zijn. Hem aanroepen, als er dingen gebeuren die we niet kunnen volgen, waarin we God niet begrijpen. In het geloof dat Hij ons de kracht en het inzicht zal geven om te zien welke weg Hij met ons gaat en die te gaan.
Zo mogen we ons leven aan Hem toevertrouwen, op de drempel van het nieuwe jaar.
Ontspannen en vol verwachting. Want één ding weten we zeker: Hij zal er zijn met Zijn liefde en Zijn trouw. Elke dag in 2025.
– Arend Dekker